de zonnevlegel dorst de velden
onder een juk van stilte en rust
het koele water van de Schelde
trekt zilverklotsend richting kust
dampend trillen de horizonten
terwijl de ploert hardnekkig brandt
sleepboten trekken mastodonten
huizenhoog boven 't Zeeuwse land
in polders tussen sas en sluis
vierde het smokkelwerk hoogtij
de botermeisjes, braaf en kuis,
lachten zich gul door gaard en wei
van Saeftinghe tot in het Zwin
zag men weleer de molens dansen
wijl in het land van Philippine
de mosselpot de Belg liet schransen
http://www.gedichtegedachten.be/zeeuws.htm