De wind blaast me de woorden toe,de woorden die begrijpen je.
Niemand maar ook niemand kan ze krijgen,
Ze glippen door je vingers,ze zweven door de lucht.
Ze zijn niet klein te krijgen ook niet met een kucht.
Ze zweven langzaam door ze fluisteren soms in je oor...
En zeggen hoe het zit en wanneer het einde naderd van dit gedicht.