De snotneus
Ieder draagt zijn eigen neus in zicht
hij vangt meestal het volle licht
Er zijn er rechte scherpe
die nauwelijks een schaduw werpen
er zijn er lange rond gebouwden
ze buigen zich alsof ze rouwen
er zijn er stoere breed gevleugelde
waardoor een groot deel van `t gezicht sneuvelde
er zijn er met grote gaten als spelonken
ze schijnen spinnen en vliegen te lonken
Er zijn er kleine platte, zoals korstjes
ze vormen op het gezicht bijna worstjes
er zijn er scheve, ingedeukte en gebroken
die zijn van mensen die niet zijn weggedoken
er zijn er kleine, gedistingeerde vlot gewreven
die zijn van mensen die niet vlotjes leven
al die neuzen kunnen soms regeren
als invloedrijke vochtige heren
soms vormen ze plots een waterval
soms wit of groen als gal
De lip doet dan dienst als overgang
van neus naar mond, maar wees niet bang
`t is geen vergif, het smaakt alleen maar wrang
let wel een vreemde wil het niet proeven
Dus snuiven maar voor het zakt
de zakdoek in de aanslag, neus gepakt
snot in het doekje doen verdwijnen
Pas op! volgende lading zal zo verschijnen
de neus kleurt rood van `t eeuwig wrijven
wie ook de reden van die zond vloed kan beschrijven
zo’n neus, een grote of een kleine `t is geen keus
maar wel een ergerlijke snotneus
ela
Auteur: ela | ||
Gecontroleerd door: Sheena | ||
Gepubliceerd op: 25 juli 2007 | ||
Thema's: |