Daar zit je dan in de trein
Omdat je bestemming oneindig zal zijn
zit je dan met je boek
en die jonge in de hoek
die zit telkens weer te staren
ik laat het maar even varen
hij zegt na een paar minuten dat boek heb ik ook gelezen
ik begin al te vrezen
dat het allemaal weer zo'n leugen zal zijn
hij zegt; wat is de wereld toch klein
tja wie heeft het boek, er kwam een vrouw bij de dokter nog niet gelezen
dit was dus al wat iedereen zou vrezen
het gepraat en het gelul komt mij mn strot uit
daarom is het dat ik in de trein altijd mn ogen sluit