Je hebt handen om te voelen, Handen om te doen.
Handen om te zwaaien, Handen voor een handjeszoen.
Handen om te voelen, Handen om te tellen.
Handen om te trekken, en handen om te knellen.
Handen om te tillen, En handen om te drukken.
Handen om te eten, En handen om te Plukken.
We hebben handen om te wijzen, Handen om te pakken.
Handen om te spelen, En handen om te plakken.
Handen links en rechts, Handen om te zwieren.
Handen om te dansen met zessen of met vieren.
Handen voor een handdruk, Of voor een handenzoen.
Iemand zonder handen, Kan dit alles niet meer doen.