De zon gaat onder
De maan komt tevoorschijn
De nacht begint
Ze moet zich laten zien
Tot het tijd is om te gaan
Ze blijft maar lachen
Naar alles en iedereen
Was ik de maan maar
Altijd een lach op mijn gezicht
Daar lekker hangen
Kijken naar de mensen
En als ik daar geen zin in heb
Genieten van de sterren
Want de nacht is maar kort
Daarna kan ik uitrusten
En nu blijf ik maar bezig
Tot het zwart word voor mijn ogen