Ik sta hier zo mensenziel gans alleen
Met een klomp pleister hangend aan mijn been
Mij zelf pijnigend in pyjama gekleed
Terwijl ik mij woedend op de lip beet
Op de koop toe nog een koten kwetsuur
Want ik sloeg met mijn vuist tegen de muur
Al kopschuddend valt mijn bril van mijn neus
Wat wordt mij dat nu helemaal serieus
Gebroken glazen de scherven dooreen
Mijn bril was weg en ook mijn pruik verdween
Daarbij liet ik dan nog een harde kreet
Zo hoorde men niet goed mijn stille scheet
Maar toe kwam daar iemand van het bestuur
Dit werd het einde van mijn avonduur
En willen of niet ik had weinig keus
Zoniet had ik nog een gebroken neus