Eindelijk na al die tijd
Werd ik uit mijn wachten bevrijd
Ik mocht je even zien
Zou iemand een goed woordje gedaan hebben misschien?
IK zag je staan achter een glas
Mijn zakdoek kwam erg goed van pas
Ik wou je zo graag eens vast nemen en je een dikke zoen geven
Maar daar is niet veel van over gebleven
Je zei dat je blij was dat je me zag
En dat ik altijd op bezoek komen mag
Maar opeens wist ik dat jij niets verandert was
Je was en bent nog steeds de verlegen jongen die graag boeken las
De jongen waarmee ik zoveel plezier heb beleefd
De jongen waarom ik dacht dat nu al ergens verderop zweeft
Is er nog steeds maar buiten mij wil niemand dat geloven
Het gaat hun “hoedje” te boven
Ze zeggen nog steeds; jij bent een crimineel, een egoïst
Die er niet tegen kan als hij iets verliest
Maar ik, weet nu wel beter
En ik weet zeker
Dat we ooit weer gezellig zonder zorgen samen kunnen zijn
Ook al doet het nu toch z’n pijn