Verlangend naar het verlossende
In het duister opgeslokt
Voortgedreven door de waanzin
Al het levende vergokt
Onsamenhangende woorden
Uitgehakt in een stenen taal
Opgeslokt door de duisternis
Dat worden we allemaal
Bevlogen door de bevlieging van het wild
Onderstreept door vlammend vuur
Door rozendoornen neergestoken
Vechtend tegen ieder uur
Jammerend in de schamele eenzaamheid
Bedolven onder een hoge muur
Het kan met allemaal niets meer schelen
Was het leven maar niet zo guur
Het einde is nu bijna in zicht
Ik heb geen spijt, ondanks de pijn
De dood wordt verwacht
Daar wil ik zijn!