Terwijl alles weer neer komt op het zelfde als jaren geleden,
vertel ik mij het sprookje van blijven leven, geluk vinden,
jouw ogen.
Hoe zeer ik mij ook afvraag waar ik ben gebleven,
vinden doe ik mijzelf nooit, zelfs niet op de bank, half dood,
jouw armen.
Wanneer ligt er geen verband meer tussen dit en dat,
en kan ik alles van me af laten glijden, in het zwembad,
jouw lippen.
Misschien is alleen laten pijnlijk, maar wel het beste,
jaloerse vriendinnetjes zijn het laatste waar ik op zit te wachten,
jouw liefde.
Het spijt me.