Balthasar zat op zijn steen te denken
Ik ga hem vandaag nog vermoorden
Of met een pistool, of met woorden
Die Willem houdt toch zijn bek
Hij zag zijn missie geniepig wenken
In het bladgoud omhulde vertrek
Hij ging naar het stadje, schopte wat potten
Wat kon hem het DelfsBlauw nog verrotten
Willem had net een mooie zijden draad geregen
Opeens kwam hij Balthasar tegen
De kogel gepurperd in zuiver satijn
-Had ie maar geen vader van Nederland moeten zijn-