Als ik,
dichtbij je kom,
zie je mij niet staan.
Is het angst,
voor wat ik zie,
voor wat ik weet?
Voor wat je voelt,
voor wat ik,
voor je voel?
Weet je dan niet,
dat ik ben,
zoals jij?
Een kind,
verlangend,
naar de hemel,
zoals jij.
Is het angst,
voor wat ik ben,
voor wat jij bent?
Voor wat je voelt,
voor wat ik,
voor je voel?
Weet je dan niet,
dat ik ben,
zoals jij,
met een kus,
van de hemel.