Toen ik daar op vaders schouders werd gedragen
Zag ik van uit die hoogte de mensen klagen
Oostende lag onder water en ik zat er droog
Moesten mensen dit maar begrijpen eens zo hoog
Dacht ik wonend op de Groentemarkt in die dagen
Waar rampen mensengeweten bij wet aanklagen
Terwijl ik mij op mijn kamer door het venster boog
Toekijkend op die wereld als uit een triomfboog
In mijn hart voelde in het medelijden knagen
Nu zij mij daar onder niet meer kwamen uitdagen
Maar die mensen hadden nu geen tijd voor dialoog
Konden ze het maar bekijken uit mijn helpend oog
Dan zouden wij elkaar iets geven zonder vragen
Dacht ik niet zittend in een nat kapotte wagen
Dat zich gans onder gespoeld nog heen en weer bewoog
Alsof de zee hem zijn luchtvervuiling terug spoog