Wat is de mens ?....ps 8.
Ik zie hem staan, Jeruzalem’s koning
zo hoog verheven , toch zo klein
een kind dat nu levend mocht zijn
in zijn armen, in zijn woning.
Hij heeft de adem Gods gevoeld
en staart op naar de vele sterren
die ’t denkpatroon van ons versperren
hoe heeft God ons als mens bedoeld?
Dan bruist Gods macht als majesteit
die maan en sterren heeft bereid
wie ben ik , dat de eeuwigheid
zich aan mijn kleine mensheid wijdt?
Wat is de mens, dat U gedenkt
dat ‘k mij gekend mag weten
bijna godd’lijk aan zag meten.
U mij het volle leven schenkt.
U laat hem over ’t werk Uwer handen
ruim heersen, alsof hij geschapen heeft
u die hem immer richting geeft
om niet in ’t kwaad te stranden.
’t geheim is dat wat U bedoelt,
zo als de mens moet wezen……
het kwade niet te vrezen…..,
kern is waarop hij is gestoeld.
U zult de schepping weer herstellen
zo als het eens was : goed !
Uw Zoon offerde zich hiertoe op
en gaf voor ons Zijn bloed.
th.