Laatst kwam ik hem tegen
De dood, oftewel magere Hein
Was dit het einde van mijn leven?
Kwam er een eind aan mijn ‘zijn’
Maar hij liep me voorbij
Dus vroeg ik aangedaan
Wanneer kom je voor mij?
En hij keek me indringend aan
Hij zei; “Alles heeft zijn tijd
Maar heb je wel goed nagedacht?
Het is immers geen kleinigheid
Wat je van mij verwachtâ€
“Ben je er echter zeker van
Geef me dan een sein
Want als niemand je meer helpen kan
Dan zal ik er voor je zijnâ€
Komisch is dat, nietwaar
Want in dit hele plan
Is er dus toch zomaar
Iemand op wie ik rekenen kan