Net zo koud als op die ene dag
Met veel sneeuw op de weg
Er rollen tranen over haar wang
Maar ze veegt ze langzaam weg
Langzaam loopt ze naar de deur
Doet de klink omlaag
Ze is hier helemaal alleen
Maar dat wil ze graag
Terwijl ze in de kamer staat
Kan ze het niet meer aan
Bestond dat feest nou maar niet
Waren ze maar nooit gegaan
Het was de hele week al koud
De wegen waren glad
Ze zei het hem, maar hij
Vond dat ze niets te vrezen had
Zo reden ze weer terug naar huis
In het donker van de nacht
En toen opeens, had de ijzel
de auto in zn macht
Ze werd wakker in de auto
Bekneld onder haar stoel
Naast haar lag haar vriend
Met zijn ogen open, zonder gevoel
Ze staat nu naast de zwarte kist
schuift haar angst aan de kant
en drukt haar zachte lippen
op de ijskoude hand