ZIEK GEWEEST!
Zo ben je kerngezond
en plotseling zo ziek als een hond.
Dan weet je plots wat het betekend,
er wordt op jou niet meer gerekend.
Dat verwerk je dan maar even,
je voelt je bent reeds afgeschreven.
Natuurlijk er is wel medeleven,
er wordt regelmatig een bloemetje gegeven.
Men laat je dan weer even weten,
we zijn jou nog niet helemaal vergeten.
Dat kan natuurlijk ook nog niet,
omdat men jou nog regelmatig ziet.
Maar hoe langer jouw ziekte duurt,
hoe minder bloemetjes men stuurt.
Een enkeling daar gelaten,
stuurt men soms nog mooie kaarten.
Maar het leven gaat wel door
en je blijft geen Hot Item hoor.
Wat mag een mens nog verwachten,
in al die eenzame nachten.
Wat is een leidinggevende nog waard.
Als je voor dat jij het weet,
jouw werk aan derden is uitbesteed.
Men had jou beter dit lot bespaard.
Zelfs in een huis van bewaring,
heeft men voor alles een verklaring.
Er is daar over alles nagedacht,
als je daar bent binnengebracht.
Je bent dan wel je vrijheid kwijt,
maar niet je recht op eerlijkheid.
Want juist daar,
waar oneerlijkheid je heeft gebracht,
neemt men de regels van fatsoen in acht.
Zodat jij misschien alsnog zult leren,
om eerlijkheid te gaan waarderen.
Want hoe de mens wordt behandeld,
is bepalend voor de weg die hij bewandeld.
Zo word je dan bewaard,
tot jij genezen bent verklaard.
En ben je dan uiteindelijk genezen,
word je netjes doorverwezen.
Dan wacht daar buiten de maatschappij
en dat stemt helemaal niet blij.
Eens een dief altijd een dief,
tot zover het einde van mijn brief.
Misschien toch maar een P.S,
voor een eigenwijze levensles.
Je zult er misschien vreemd van opkijken,
maar jouw situatie begint er op te lijken.
Het is begonnen met ziek te worden,
zonder mededeling op de publicatieborden.
Het ging gewoon van mond tot mond,
Martin is ook niet meer gezond.
Dat eist natuurlijk een verklaring,
net als in het Huis van Bewaring.
Alleen kom je daar door eigen schuld,
dus rekende jij op wat meer geduld.
Maar mocht jij op de leiding rekenen?
jij kunt voor hun niets meer betekenen.
Je vakmansschap is reeds uitbesteed,
omdat jij plots aan KANKER leed.
Je chef denkt, eerdaags is het gedaan,
ik zal vast een afscheidsspeech maken gaan.
Eigenlijk zou jij die moeten kunnen lezen,
er zal na jou nooit een betere wezen.
Komt tijd komt raad er is één nood,
jij moet alleen eventjes dood.
En dat maakt nu juist het verschil,
dat jij nog niet sterven wil.
Sterker nog, de dokter verklaart jou genezen,
jij zult altijd die dwarskont wezen.
Jij hebt met de dood gestreden en overwonnen
en daarmee is alle ellende begonnen.
Je bent naar je baas toegegaan
en zegt, ik wil weer aan het werken gaan.
Maar jij moet toch begrijpen beste man,
dat zoiets zo maar niet kan.
Jij kan wel zeggen ik ben genezen,
maar dat moet dan worden bewezen.
En dan begint voor jou die strijd,
over die verdomde restcapaciteit.
Schenk je hersens maar aan een kerk,
je krijgt alleen heel simpel werk.
En als dat werk jou gaat vervelen,
begin je op jouw poot te spelen.
Je krijgt het idee niet welkom te zijn
en dat doet misschien nog het meeste pijn.
Dertig jaar lang meegedraaid
en uiteindelijk een oor aangenaaid.
Niet meer voor vol te worden aangezien,
doet nog het meeste pijn misschien.
Kanker is toch een lichamelijke kwaal
en geestelijk blijf je toch normaal.
Misschien kunnen de hoge geplaaste heren,
iets van een kankerlijder leren,
Want die hebben in heel moeilijke tijden,
bewezen wel heel hard te kunnen strijden.
De sociale paragraaf was reeds ingevuld,
hij is ziek geworden eigen schuld.
Jij kunt jouw baas toch niet verwijten,
dat ze toevallig mensen moeten slijten.
Jij weet toch ook wat het betekend,
als je op meer winst had gerekend.
Men had jou al reeds afgeschreven,
dus was je beter weggebleven.
Ook jouw as mocht wel naar Mars,
maar jij lag weer zonodig dwars.
Dit is het eide van mijn P.S,
maar Martin onthoud,het laatste vers.
Men gaf jou liever een Marmeren steen,
met Gouden letters ingeslagen.
Wij hebben één van onze beste mensen,
hier persoonlijk weggedragen.