Mijn hartslag
kondigt een bezoek aan,
van de ontvanger.
We praten wat,
en raken van gedachten
zwanger.
Stilzwijgend verbonden,
bekijken we
de ochtenddauw.
De druppels fluisteren
"wij zijn heel dicht
bij jou."
De wind laat parels
vallen, brengt warmte,
in mijn armen.
De zuigende korrels,
groeien, ze splijten,
als de dropjes in mijn darmen.
Ooit smeekte ik God nog om erbarmen