ik zie in een spiegel jou beeld,
je handje die naar me wuift,
je lachje zoals jij dat kon,
opeens verdween je achter dat glas als de zon.
Ik zie in die spiegel jou hand,
uitgestrekt naar de mijne,
maar achter die spiegel,
zie ik jou weer verdwijnen.
ik zie in die spiegel een gat,
zo donker,koud en leeg,
en als ik mijn ogen open,
ben jij er nietmeer.
wanneer ik ontwaak,
en er geen spiegel meer is,
dan neem ik jou foto,
die nu nog over is.