Voor altijd thuis
Altijd thuis voel ik mij bij jou,
daar ik ziels veel van je hou.
Want heus mijn Annemarijn,
alleen bij jou thuis voel ik mij fijn.
Alles en iedereen kan mij worden gestolen,
maar naar jou verlang ik steeds onverholen.
Waar ik mij ook bevindt,
alleen bij jou voel ik mij thuis, mijn kind.
Alle wereldzeeën heb ik bevaren,
maar mijn verlangen naar jou komt nooit tot bedaren.
Valt dan eindelijk het anker uit de kluis,
dan voel ik mij bij jou weer eindelijk thuis.
Daarom Annemarijn ga ik nu niet meer van huis
en blijf ik voor altijd thuis.
De zee dat was mijn tweede vrouw,
maar thuis voel ik mij alleen bij jou.
De zee heeft mij altijd geboeid,
ik was het land reeds ontgroeid
maar toen ik het thuisgevoel bij jou leerde kennen
kon ik zelfs op zee niet meer wennen.
Als zeeman ben ik nu bekeerd
en blijf voor goed bij jou afgemeerd.
Om van af nu, mijn Annemarijn,
voor altijd bij jou thuis te zijn.
DdJ.
De in dit Candlelightgedicht
gebezigde naam berust bij elke overeenkomst
met u bekende personen op een zekere toevalligheid.