jij
de gedachte aan
wat er was tussen ons
dat alleen al
dat hield me tegen
anders was ik al dood
dood, weg, voorbij
waarom kwam de gedachte aan jou?
je spookt steeds door mn hoofd
altijd op die momenten
waarop ik niet meer leven wil
jij
jij zorgt dat ik blijf leven
ook al is de ruzie zo groot
en wat je me aandeed zo pijlijk
doordat ik van je hield
en hou
laat je me niet doodgaan
dank je, nee
eigenlijk niet
jammer dat ik niet kan sterven
zonder aan jou te denken