Daar sta je dan aan de zee.
Wachtend tot de tijd weer begint te lopen.
De wind die blijft waaien en zit er niet mee.
Een raar gevoel van angst komt me binnen gekropen.
Het idee dat jij zover weg ben van mij.
Alleen kijkend naar de ondergaande zon.
Jij ziet hem ook maar niet aan mijn zij.
Ik zou zo bij je zijn als het kon.
Daar sta je dan met je voeten in het water.
Kijkend naar dat eindeloze uitzicht.
De tijd begint weer te lopen.'t is al weer wat later.
En jou gezicht verdwijnt uit het maanlicht.
De tijd sta weer stil en wachten is hopeloos.
Wachtend op alleen maar jou.
Want zonder jou blijkt de tijd eindeloos.
Jij bent de ene waar ik met hart en ziel van hou.