Een dag.
Een dag, een gewoone dag,
die ik probeer door te komen.
Een man, een gewoone man,
zie de sterren in zijn ogen.
Als hij daar alleen staat,
daar aan de overkant.
Hij is degene die ik zocht,
hij is een geschenk uit de hemel.
Pak me handen,
en neem me mee.
Alles wat ik droom over jou,
schrijf ik op.
Toen hij sprak, sprak gewoone woorden,
over wat hij had meegemaakt.
Wat ik voel, nog nooit eerder gevoelt,
en ik zweer ik zie je graag.
Als ik omhoog kijk,
en in zijn ogen kijk.
Hij is geen vreemde,
lijk net of ik hem allang ken.
Pak me handen,
en neem me mee.
Alles wat ik droom over jou,
schrijf ik op.