Handjes
gebeten door winterkou
zichzelf knuffelend
boven de adem
van knetterende wilgentakjes
Het karakter
van een Ardennees kaasje
smeert
het hart van onze tongen
Chimay, Orval,
de tripel van een Rochefort
houden de wacht
aan het verlangen van onze lippen
de lucht
knus,
vers,
open en
gezwind,
vervoert
het olijke klankenspel
van mensenjongen
als een doorwinterd
vliegeraar
die zingt!