Een diep gelovig man
Viel in diep water
Hij zwom zo ver hij kon
Richting ondergaande zon
Uiteindelijk werd hij moe
En begon te bidden
Vader help u dienaar nu
Al vele jaren dien ik U
Een boot vol Moslims
Riepen naar de man
Klamp je en kom aan dek
De Heer redt me ik ben niet gek
Hij kreeg al krampen
Zakte een tweede maal
Verdrinken was bezig
Zijn smalle lippen vlezig
Opnieuw naderde een boot
Vaarder riep kom aan boord
De drenkeling zag een Jood
En zei nee, ik word wel verhoord
Nu bleef hij alleen in 't water
Waar hij verdronk even later
Hij kwam aan de hemelpoort
En riep direct da's ongehoord
God die het rumoer hoorde
Liep haastig op hem toe
Je hebt klachten naar ik hoorde
Vertel maar ik sta het toe
Waarom heeft u mij verlaten
Daar in die grote drieste zee
En heeft u mij verdrinken laten
Ondanks smeken en mijn bee
Maar, zei God verwonderd
Hoe kom je daar nu bij
Ik stuurde twee vissersboten
Bij jou heel vlak bij
Je hoefde maar in te stappen
Dan was je nu nog niet hier
Wanneer gaat de mens nu snappen
Dat ik zoiets niet doe voor mijn plezier