De ruïnes van een oud, lang verlaten kasteel,
Ik spreid mijn armen, sluit mijn ogen en adem diep in.
De wind ruist door mijn haar, de golven slaan op de rotsen,
De ruïnes van een oud, lang verlaten kasteel.
Her ruikt naar de zee en het zoet van loofbomen,
Hier voel ik Me helemaal weer thuis.
De ruïnes van een oud, verlaten kasteel.
Ik spreid mijn armen, mijn ogen gesloten, en voel me vrij.