Tempel
Met handen van ijs
En ogen uit de hemel
Vervolgen wij onze
Weg naar de tempel
Zo voorzichtig
Spring jij om met
Spullen van mij, met mij, van mij
Mag alles zo blijven
En onbevangen
Open ik de poorten
Van de tempel, de hemel
De hel?
Maak lichaamswarmte kouder
Laat boterzacht eens stollen
Maak harten eens van steen
Voordat wij sterven
In de deurpost van de eeuwigheid