ik weet het is verleden tijd.
maar toch moet ik het nog even kwijt.
pillen slikken met mensen om me heen.
hoe kon ik het bedenken , wat was ik gemeen.
niemand die mij wou redden.
nee daarintegen gingen ze wedden.
zou ze het overleven.
laten we haar die kans maar niet geven.
ze dachten wij houden ons stil.
weg is de vriendschap al klinkt het kil.
leiding die niets wou doen.
ach ze werken tenslotte voor de poen.
we weten niet of we je wel moeten geloven.
jij zou je tenslotte nooit zo uitsloven.
heb je misschien verder nog wensen.
kopje water mischien , wat een mensen!
je moet met spoed naar het ziekenhuis.
je blijft er maar even , je voelt je snel thuis.
tot morgen misschien.
was het maar zo mij hebben ze niet gezien.
dagen later kwam ik terug.
een onwijkende blik, ze deden het vlug.
waarom heb je dit gedaan.
waarom heb je niet voor me klaar gestaan?
we wisten niet zeker of je de waarheid vertelde.
maar je witte gezicht was wat de feiten versnelde.
je bent we lang weggeweest.
go wat slim , is dat wat je net in de rapportage leest?
we dachten dat je het niet zou redden.
nee slimmerd had je maar niet moeten wedden.
we waren bang dat je dood zou gaan.
nou je hebt anders niet voor me klaar gestaan.
jij vertelde dat er niets was gebeurd
bij deze
is onze band , afgekeurd!