Mijn gevoel.
Ik ben niet bang,
niet bang voor mensen,
niet bang voor dieren,
ik ben niet bang voor jongens die mij willen versieren.
Ik ben niet blij,
niet blij omdat de zon schijnt,
niet blij omdat het geregend heeft,
ik ben niet blij omdat niemand om me geeft.
Ik ben niet kwaad,
niet kwaad omdat ze naar over me denken,
niet kwaad omdat ze me niet aardig vinden,
ik ben niet kwaad omdat niemand zich wil binden.
Wel ben ik verdrietig,
verdrietig voor wat ik mensen aan doe,
verdrietig omdat ik leef,
wel ben ik verdrietig omdat ik om ze geef.
Ik ben niet bang, niet blij, niet kwaad,
wel ben ik verdrietig omdat het leven door gaat.