Vuur
Vuur zijn kleine vonken bij elkaar,
Samen vormt het zich tot een gevaar.
Vuur is een levend wezen,
Een wezen dat je moet vrezen.
Vuur heeft de kleur van rood,
Het is een weg naar de dood.
Vuur heeft ook een rustgevende kant,
Een verleiding tot je je er aan brand.
Vuur berooft je van je leven,
Het is een crimineel die je bij de brandweer moet aangeven.
Vuur heeft ook betere doelen,
Ze laten je in de kou warmte aanvoelen.
Vuur is de bron van het overleven,
Zonder vuur hadden we ons nog steeds in de IJstijd begeven.
Vuur in vlam staan is er ook nog,
Het is een soort liefde in oorlog.
Vuur krimpt en groeit,
Het is een warme bloem die opbloeit.