Ik wis al m'n gedachtes,
ookal zitten ze zo diep,
Zelfs het beeld, hoe je opstond,
en voorgoed de deur uit liep,
Ik wis al m'n gevoelens,
zelfs van die ene keer,
Toen je op me viel,
dat deed best wel zeer,
Als ik ging schreeuwen,
of moest lachen of huilen,
Er was altijd,
een arm om onder te schuilen,
Als ik chagerijnig was,
's nachts of overdag,
Door jou verscheen er,
altijd weer een glimlach,
Het liefst wil ik schreeuwen,
tranen laten lopen,
Want jij kreeg de gesloten deuren,
voor het eerst open,
Nu moet ik je missen,
het ergste wat me kan overkomen,
Nu kan ik ze niet meer tegen houden,
m'n tranen beginnen te stromen,