Mama, ik wou dat jij eens Pipo, de clown uit het circus was,
dan deed je me de hele dag lachen,
dan maakten we ieder uur feest.
Mama, ik wou dat jij Pipo eens was,
van punthoed tot de ovenschoenen,
dan gooide ik je alle bloemen toe,
schonk ik jou een bom applaus.
Maar mama, was jij die Pipo eens,
voor wie bleef de vaat en het koken,
wie bakte er dan boterletters,
wie maakte het gezellig in huis?
Ach mam, blijf jij mijn mamie maar,
een heuse Pipo hoef ik niet meer,
grappen verzinnen, dat kun jij ook,
jij lacht met je hart en je handen.