Schoeners.
Muziek, lachende jonge stemmen.
De buitenhaven is gevuld ,
zeker twintig antieke schoeners
zijn hier in vroeg’re sfeer gehuld.
Driemasters , elk met hun verhalen ,
enk’len wat rijker aangekleed,
maar ieder met zeilen en lijnen
waaraan veel aandacht is besteed.
Een paar dragen het vrouwenboegbeeld
waaraan ’t de zeeman veel ontbeert
als hij het ruime sop moet kiezen
te lang op het kort thuis zijn teert.
Nu zijn het allemaal studenten
die de historie van dit al
handhaven in de kleine tripjes
volop genietend in elk geval.
De zeilen zijn nu saam gebonden.
De lijnen tekenen hun patroon
tegen de warm getinte kleuren
van d’ondergaande zon, heel schoon.
Wij blikken in een rijk verleden
in stand gehouden door een paar
die strelen, boenen en behouden
ik wandel , word dit al gewaar.
th