Als ik denk aan jouw voel ik de kou.
Als ik je zie lijk je van steen. Hard en niet te raken.
Maar als ik dichterbij kom ben je warm. Wat is het antwoord hierop?
Geen aanraking en erkenning. Geen liefde en hoop. Maar kou.
Alleen staan inde wind en niemand die je opvangt. Gesteente ben jij, mijn voorbeeld, mijn mama.
Ik ben warm, ben ik dan niet van jouw?