Zij keek hem door de volle kamer aan.
Ja zijn blik was echt op haar gericht, een blos kroop omhoog in haar gezicht.
Zijn ogen volgde haar de hele kamer door, ze voelde zijn ogen in haar rug.
Maar ze kon niet meer terug.
Ze wou het zo graag weten hoe het zou zijn.
Zijn lippen op de hare,zijn handen in haar haar.
Maar haar geweten maakte bezwaar.
Het had ook geen zin, ze had al heel lang een gezin.
Wat hij voelde voor haar, voelde zij ook.
Maar het was simpelweg te laat.
Ze keek hem nog één keer aan.
Het deed zo'n pijn, maar ze moest haar gevoelens vergeten
en hem laten gaan.
Alweer een oudje van zeker een jaar terug ook gebaseerd op een heel mooi boek wat toen heel veel indruk heeft gemaakt op mij, vandaar dat het dus ook fictie is.
Ik vond dit gedicht terug in mijn schrift en dacht dat ik het allang had ingezonden,maar niet dus.