Is het niet raar dat mensen gelukkig kunnen zijn bij elkaar?
Geloven dat iemand je echt graag ziet,
dat ik hem zo binnen in mijn hart liet…
Elke dag zie ik hem weer, maar er is geen ommekeer.
Elke dag in de klas, ik wou dat hij mijn gedachte las.
Tijden zijn verandert, mijn dagen duren te lang.
Ik zie hem met een ander, het jaagt me op stang.
Hij gaat voort met zijn leven, ik ook, of dat probeer ik toch even.
Ik kan niet geloven dat hij me haat,
Iets wat men petje te boven gaat.
Ik vergelijk haar met mij, zij de koningin, ik de rotte prei.
Hij wil geen woord meer tegen mij zeggen..
om haar te verzekeren dat hij mij niet meer graag ziet, een pijl die recht door men hart schiet.
Ik mis zijn aanraking en zijn lach,
En dat terwijl ik van hem niet eens meer kijken mag.
Ik ben irritant, een dikke olifant..
Ik voel me de dader in mijn eigen opgezette toneelstuk,
toen ik bij hem was dacht ik alleen aan mijn geluk.
Ik heb iemand anders, hij is anders.
Ik koos het tegenovergestelde van hem, om hem niet te kunnen vergelijken,
het enige wat ik nu ondervind is dat mijn gedachte afwijken.
Een litteken zit niet alleen aan de buitenkant, een situatie heb je niet in de hand.
Ik zei dingen die ik niet meende, ik wou dat hij zag hoe ik van binnen weende.