wonden in mijn benen,
armen, maar vooral mijn hart
wonden in allerlei kleuren,
maar de meeste zijn zwart
die deden het meest zeer,
een open wond die niet dicht
zo op het oog zie je ze niet,
maar hou me eens in het licht
achter elke glimlach zit een traan,
achter de mijne ook
op elke weg zit een uitgang,
bij mij slechts een vluchtstrook
als er een korstje op mijn wond komt,
springt die bij het minste open
ooit zal deze weer helen,
tenminste.. dat mag ik hopen
dan word ik hierop,
door iedereen raar aangekeken
want een hele diepe wond,
wordt en blijft een litteken