ALTIJD MEE
Je bent er altijd,
ook als niemand je ziet,
bij mij zo aanwezig,
nee ik vergeet je niet,
met moeheid of pijn,
krampen of stijfheid,
laat je het weten
altijd mee, niet te vergeten.
Onzichtbaar voor een ander,
kom je onverwacht opzetten,
je laat me alles vergeten,
mijn handen doen zeer,
darmen die grommen.
Met vocht in de lucht,
dan laat je weten,
altijd mee, niet te vergeten.
Ik heb je levenslang,
mensen zien mij als lui,
een slechte huisvrouw,
laat jij me een dag met rust
dan ben ik blij en weer vrolijk,
voor een ander, vaak niet te pijlen,
maar zelfs dan laat je weten,
altijd mee, nee nooit te vergeten.