De dag 21 januari 2009
Hoog torent uit, een kwart gedraaide chiraal kruis,
in sputterende lichten, straten vol scherven en gruis.
Gele symbolen op huizen en kerken,
als teken der verstreken vrachten.
Marionetjes met traantjes die inschuivend bewegen,
de 10.30 vol ontslapen levens,
moet nog even wachten.
Leder escort, verheerlijking der order en gebod.
Exodus van jong en deugd,
schraal bepakt met gevoelens en god.
Het eigen recht verbeurd,
geen warm gebaar ,
de 10.30 naar het nergens,
is vertrekkens klaar.
Flitsend licht, pluimen zwarte roet,
verward haar, apathisch geronnen bloed.
In het ijle een uitgestoken hand,
een smeekwoord voor moed,
alles afgesloten,
de dood als oudere reisgenoot.
De 10.30 rolde juist langs de gietijzeren poort.
In ijzige sneeuw of stoffige gloed,
de vredigheid ieder hier pijnlijk diep roert.
Zelf in stilte, men steeds de kinderstemmen hoort,
deze in pijn geschroeide voetnoot,
een beweend mensenverhaal,
dit plaatje van een bejaard spoor,
dat ginder ophield te bestaan.
“….macht frei ?”