Een verhaal in drie delen.
slot
Het verhaal van een bolhoedje en een mantel
Het geluid stierf weg. Enkel haar gulle lach en klappende handen waren zijn beloning. het enige dat hij wilde. Het geroezemoes op het plein kreeg weer vorm. Dat stoorde de bultenaar zo erg dat hij met de klokken een hels lawaai bereidde, alsof het hellevuur zelf kwam aangereden. De mensen stopten hun oren en vluchtten huiswaarts.
Toen vond de koning het welletjes en gebood de kapitein de torens te bestormen.
De bultenaar wilde nu dat zijn geliefde veilig zou zijn. Hij gebood haar daarom naar huis te gaan. Zij weende lang, maar luisterde toch naar zijn raad.
Toen ze beneden kwam, werd ze snel door de soldaten opgevangen en naar huis gebracht. Nu was de kapitein ervan overtuigd de bultenaar te kunnen vatten.
Een speciale eenheid elitesoldaten, opgeleid als alpinisten en circusartiesten, werd naar de torens gebracht en kreeg als opdracht, tot helemaal boven in de torens te klauteren en vandaar uit de bultenaar naar beneden te drijven.
Het werd hem moeilijk gemaakt. Van boven en van onder rukten de soldaten op.
Onze bultenaar, een volleerd circusartiest, liet zich niet zomaar vatten.
Hij sprong langs de buitenkant van de toren, van kanteel tot kanteel, van het ene torentje op het andere, en gebruikte de vlaggen als trapeze.
Dit spelletje kon niet blijven duren. De soldaten kwamen dreigend dichter en dichter en begonnen zelfs op hem te schieten.
Bij de volgende slingerbeweging kwam hij oog in oog met een soldaat, die schoot en raakte hem in de arm. Hij verloor zijn macht, zijn hand loste haar greep op de vlag en de bultenaar stortte te pletter.
Daar lag hij dan, het bolhoedje een drietal meter van hem vandaan, alsof het zeggen wilde: hier heb ik niets mee te maken. De brandende mantel hoog in een gaslantaren wuifde naar zijn gebroken meester.
De menigte drumde rond het gespierde maar gebroken lichaam. Zij zagen geen van allen een dreigende bultenaar. Dit was niet wat ze hadden verwacht en teleurgesteld dropen ze af naar huis.
De circusmensen, die hem wel herkenden van vroeger, zwegen. Zij lieten het verhaal wat het verhaal was.
ela