in een gevecht tegen emoties
raakt ze zichzelf kwijt
als ze dan in de spiegel kijkt
denkt ze wie is die kleine meid
waarom staan haar ogen zo dof
waar is die stralende lach
wanneer komt die dag weer terug
dat ze weer lachen mag
ik zie de pijn
ik zie dat ze kapot is gegaan
ik heb het met haar te doen
wanneer kan ze weer doorgaan
ik zie haar knieƫn knikken
er staan tranen in haar ogen
ik vraag me af
wanneer er iemand komt die ze wil drogen
ik zie de onzekerheid
en de eenzaamheid als haar man
hoe komt het toch
dat niemand haar daar van verlossen kan
ik zoek naar iets in haar
en als ik haar zo zie staan
weet ik dat ik nooit zal vinden
die wil om door te gaan
daarom draai ik me maar om
ik val op de grond
wetend dat ze nooit meer terug komt
dat meisje dat ooit in mij bestond