Lopend over ’t strand
zie ik allerlei namen staan.
Geschreven in het zand.
Langzaam voel ik een traan.
We liepen hier vaak met z’n twee,
nu loop ik hier alleen.
Jij loopt niet langer meer mee.
Nee, jij ging heen.
Ik kijk in het rustige water
naar een steeds bleker wordende zon
Ik hoor verderop het geschater
en wou dat ik dat ook nog kon.
Lopend over ’t strand
zie ik allerlei namen staan.
Geschreven in het zand.
Langzaam voel ik een traan.