wat met het verdriet dat niemand ziet,
wat met de tranen
en de gekwetste ziel.
Je gebruikte me ,
je projecteerde je lustten op mij,
je ging tekeer als een dier,
en mij ,dat intresseerde je geen zier.
Vastgebonden handen,
verscheurd lijf,
schoppen en slaan
met zichzelf geen blijf.
Je ontnam me
mijn kind zijn,
te kunnen leven zonder pijn.
wat doe je nu met
het verdriet dat niemand ziet,
het telkens moeten vechten
tegen mensen die zeggen,
dat je moet doorgaan met je leven.
Vastgebonden handen,
verscheurd lijf,
schoppen en slaan
met zichzelf geen blijf.