Bij het snijden van de uien valt
een lok haar op je voorhoofd
de tranen over je wang
in mijn handen vang
Jij gevangen door een snijplank
met het vlijmscherpe mes
laat met je doen, legt het neer
ontworstel aan jouw mond een zoen
je vraagt of ik het snijden op me neem
droogt de ogen met de rug van de hand
je komt dicht tegen mij aan
tuurt over mijn schouder door de ruit
naar de boom aan de overkant
Mijn linkeroog laat ter ere van de ui
een parelende traan ontstaan