Er zit een vliege op mijn plafond.
Ze zit er al drie dagen.
Stille,
soms denk ik
een beetje opgeschoven.
'avonds als het licht al brandt
dan is er daar die donkere stip
én de stilte van de avond,
waar alleen de wekker tikt.
Straks als ik ga slapen.
Het licht uitdoe.
Slaap dan vliege
rust nu uit,
voordat het morgen is,
de avond was zo lang.
Hoor je de regen ruisen?
Het ruisen van de rust,
de rust van u en ik.
Ach vliege,
voor het slapengaan,
mag ik je hèèl even dicht bekijken.
Zie als ik op tafel sta
ben ik heel dicht bij jou.
Je bent zo stil.
Zo roerloos daar alleen.
En..en..dat het buiten
regent, waait en rint,
de wekker die onverstoorbaar verder tikt.
Op het plafond die kleine zwarte stip.
Die vliege,
maar die vlieg is dood!