Diep van binnen
traant mijn hart
een onoverzichtelijk
geheel tot aan
de verste horizon.
De nacht lijkt
door te circuleren
niemand die
de zon wakker
schudden kan.
Slapen, doe ik
allang niet meer
toch droom ik
steeds van
de dagen
van weleer.
Ieder tijdstip
zijn eigen zorg
iedere seconde
verlang ik meer
naar toen.