Kon ik nu maar in je armen schuilen,
Even alles vergeten.
Kon ik nu maar bij je zijn, en zachtjes huilen,
Het zit echt enorm aan me te vreten.
Kon ik nu maar ouderwets gezellig kletsen,
Zonder zorgen op verdriet.
Niemand die mij dan kan kwetsen,
En toch ervoor zorgen dat ik geniet.
Op dit soort momenten wil ik bij je zijn,
Dit zijn de momenten dat ik jou mis.
Gewoon ouderwets gezellig, heerlijk, fijn.
En ervoor zorgen dat er niks maar aan de hand is.
Op dit soort momenten hoor ik steeds “Gooi maar in mijn vuilnisvaatje”,
Of “De deur staat altijd open.”
Je zag het altijd meteen aan me en zei dan “Wat baad je?”
Als ik nu bij je zou zijn, zou ik antwoorden “Ik zit te hopen.”
Ik zou je alles vertellen, en vergeten zo snel ik kan.
Want lieve oma, ik mis je, en ben vreselijk bang.
Door opa voelde ik me nog steeds verbonden met jouw.
Op die momenten vergat ik alle zorgen en alle rouw.
Dan dnek ik terug aan die ouderwets gezellige dagen.
Wanneer ik bij jou was, en aan jou de gekste dingen vraagde.
Gezellig bij opa en oma logeren, want mam&pap gingen weg.
Ik vond het hartstikke gezellig en had absoluut geen pech!
Soms denk ik terug aan toen, hoe vredig alles was.
Jouw beste tijd is geweest, maar kom je nog wel tegen. Dat staat vast!