We weten al een tijdje dat je niet meer de oude bent.
Niet meer die enthousiaste praatjesmaker, die heerlijke vent.
Je begon te dementeren, en rond te spoken in de nacht.
Elke keer als ik aan vroeger denk, zie ik weer hoe je lacht.
Maar we weten allebei dat die opa niet terug kan komen.
Misschien is het zelfs beter als je nu gaat dromen.
De ellende om jou heen merk jij gelukkig niet.
Al doet het mijn hartje stiekem wel verdriet.
Als ik denk aan vroeger, zie ik een ijzersterke man.
En dan zeg ik “Kijk, dat is nou mijn opa, mijn opa die ALLES kan!”
Maar zeker de laatste tijd ben ik erg aan je gehecht.
Toch weet ik, je bent een sterke man, en ik weet dat je er voor vecht.
Je laat ons toch niet zomaar alleen?
Zonder zo’n lieve opa om je heem?
Nee, ik weet het zeker, je doet zoveel mogelijk wat je nog kan.
Want mijn opa geeft niet snel op, hij is een ijzersterke man!
Als ik aan vroeger denk, zie ik een opa aan tafel met
een witte boterham met kaas, en koffie of thee.
Wel een beetje melk erbij, anders glijd het niet goed mee.
Ik geef oma een kus en krijg een snoepje.
We lopen naar de tafel want er staat nog een roepje.
Oma leest het roepje voor en ik meet hoe groot ik ben.
Nog lang niet zo groot als oma. “ Maar ach, dat komt nog wel dern.”
Ik krijg nog een stukje boterham van opa, en een hele dikke kus.
Ja, die opa, hij weet wel dat ik witte boterhammen lust.
Ik roep een keer “ Dag oma, dag opa!” en spring op mijn fiets.
Zwaai nog een keer naar oma, en dan verdwijn ik in het niets.
Die goede ouwe tijd, het zijn maar kleine dingen.
Maar ze zitten goed stevig vast, die mooie herinneringen!
Kalender moppen voorlezen, hoorntje eten, kaarten,
Alles heb ik meegemaakt, van Pasen tot Sint Maarten.
Op zo’n moment als deze besef je pas goed,
Hoe een echte Opa en Oma zijn moet!