Je kijkt in de spiegel elke morgen weer.
Je ziet jezelf
En het doet je steeds opnieuw weer die zeer.
Je staart jezelf in je ogen.
Keer op keer.
Denk je dat de spiegel jou heeft belogen.
Het doet jouw steeds opnieuw weer zon zeer.
Het lijkt wel alsof niets of niemand jouw tranen kan drogen.
Je voelt jezelf zo klein.
Zo klein in de wereld waarin je leeft.
je gooit sávonds met een liter wijn.
Maar dat maakt het niet dat je meer om jezelf geeft.
Je lichaam voelt niet meer fijn.
Je verafschuwt jezelf elke morgen opnieuw.
Het doet je pijn.
Het doet je pijn dat je niet meer jezelf kan zijn.
Je kan je niet meer kleden
je kan niet meer je haren zo doen.
Je bent niet meer die jongen zoals in het verleden.
Je bent niet meer die schoonheid van toen.
Je wenst het liefst jezelf niet meer te zijn.
Je wilt met elk ander lichaam ruilen.
Die pijn.
Elke dag maar je weet niet meer hoe je moet huilen.
Je wilt zo graag veranderen.
Je wilt er iets aan doen.
voor jezelf en voor alle anderen.
Je wilt weg van die onzekerheid
wat je elke daag plaagt.
Weg van die ontevredenheid.
Dat gevoel wat jouw elke dag bevraagd.
Je wilt niet meer dit verdriet
deze angst, deze pijn wat je nu in je leven met je mee draagd.
elke nieuwe dag dat jezelf in de spiegel weer zo ziet.
Nee dit is onverdragelijk je wilt het niet.
ergens doe je hopen
dat je terugvalt na toen.
Je probeert jezelf met leugens af te kopen.
Je wilt gewoon jezelf zijn
en je eigen dingen doen.
Iedereen zegt hoe goed je er nu voor staat.
Iedereen zegt dat het je nu zoveel beter gaat.
Waarom dan nog deze stekende pijn en onzekerheid wat je niet meer met trust laat.
ga weg!