Daar staat hij dan,
met zijn tengere lichaam.
De sporen van het leven,
staan in zijn gezicht gegrift.
Het ging allemaal zo goed,
hij had een heerlijk leven.
Alles wat een mens kon wensen,
maar waar was dat gebleven.
Waar is het toch fout gegaan,
dat hij verloor zijn baan.
Dat was nog niet alles,
ook zijn vrouw verdween.
Hoe kon het toch gebeuren,
dat hij zich had laten gaan.
Het was te betreuren,
dat hij die weg was in gegaan.
Nu zit hij met de brokken,
van leugens en bedrog.
Vele hebben voor hem de deur dicht getrokken,
zij zien hem niet meer staan.
Zal dat ooit nog veranderen,
vindt hij ooit weer de goede weg.
En zegt hij dan niet veel later,
het vond plaats in mijn leven.
Het was geen droom ,
maar gebeurde echt.
Van het verleden kan ik veel leren,
het zal mij in de toekomst stimuleren.